Lichte stijging gemeentelijke woonlasten 2024
Huiseigenaren betalen volgend jaar gemiddeld €938 aan gemeentelijke belastingen en heffingen, €51 meer dan dit jaar. Zoals gebruikelijk zijn er tussen gemeenten grote verschillen.
Na enkele jaren van onrust onder huiseigenaren over de sterke toename van de woningwaarden waarover Onroerende zaakbelasting (OZB) wordt betaald, stijgt de gemiddelde WOZ-waarde van woningen volgend jaar slechts licht met 3,4%.
Dit is in lijn met de gematigde prijsontwikkelingen van woningen, die het gevolg zijn van de opgelopen hypotheekrente en onzekere economische ontwikkelingen. Dat blijkt uit cijfers van Vereniging Eigen Huis (VEH). VEH deed onderzoek naar de woonlasten in 110 gemeenten die de cijfers over hun gemeentelijke woonlasten voor 2024 al konden verstrekken.
Lees ook: ‘Rabobank: ‘Huizenprijzen volgend jaar terug op niveau 2022′.’
Grote OZB-variatie: van -6% tot + 23%
Er zijn, zoals gebruikelijk, grote verschillen in de gemeentelijke woonlasten voor 2024. Gemeenten stellen jaarlijks hun eigen OZB-tarief vast, waardoor de onderlinge verschillen groot kunnen zijn. Gemiddeld stijgt de OZB-aanslag volgend jaar met 5,5%. Dat is iets meer dan de 5,1% stijging van het bijna voorbije jaar en ligt boven het landelijke inflatiecijfer van het CBS van 4,2%.
In het onderzoek is de gemeente Renkum koploper met een OZB-stijging van ruim 23%. Gemiddeld scheelt dat €90 met de aanslag van dit jaar. Ook De Bilt verhoogt de OZB met 21% fors. Voor een gemiddelde woningeigenaar betekent dat een €104 hogere aanslag.
In 46 gemeenten blijft de OZB-aanslag op of onder het inflatieniveau. In 9 gemeenten daalt de aanslag, het meest in Zoetermeer met €26 (-5,8%) en Schouwen-Duiveland met €12,45 (-3,5%).
Forse verschillen in heffingen
Gemiddeld stijgt de afvalstoffenheffing volgend jaar met 6% en de rioolheffing met 4,5%. De opbrengsten van de gemeentelijke afval- en rioleringsheffing mogen maximaal kostendekkend zijn en kunnen niet aan de reserves worden toegevoegd of aan andere doelen worden besteed.
Voor het ophalen en verwerken van het huisafval betalen huishoudens gemiddeld €344, het meest in Rijswijk (€533), het minst in Nederweert (€151), waar de heffing dit jaar met 45% daalt. Opvallend is de fors hogere afvalstoffenheffing in de gemeenten Zeewolde met een stijging van €142 en in Oosterhout met €124.
Inwoners van de gemeente Rhenen betalen volgend jaar €55 meer aan rioolheffing. Feitelijk is de heffing hoger, maar de gemeente heeft besloten een korting van €74,50 toe te passen. Zodra deze korting vervalt zal de rekening verder toenemen. Ook in Brummen stijgt deze heffing met €94 fors. Huishoudens in Valkenburg aan de Geul en Etten-Leur kunnen een meevaller tegemoet zien: hier dalen de rioolheffingen volgend jaar met respectievelijk €169 en €57. De rioolheffing is het hoogst in Gouda (€530) en het laagst in Koggenland (€102). Lokale omstandigheden spelen een grote rol in de hoogte van de heffing.
Bron: https://vastgoedactueel.nl/lichte-stijging-gemeentelijke-woonlasten-2024/