Algemeen

Nederlander weet weinig over finesses van hypotheken

Nederlander weet weinig over finesses van hypotheken

Hypotheken blijken een ingewikkeld onderwerp, zelfs voor mensen die er al eens een hebben afgesloten. De grootste misverstanden zijn er over pensionering. Ook over de aflossingsvrije hypotheek en het einde van de renteaftrek heerst veel onduidelijkheid.

Om meer inzicht te verkrijgen in de misverstanden over hypotheekgesprekken en hypotheekadviseurs, liet PanelWizard in opdracht van de Hypotheekshop een onderzoek uitvoeren. Ruim 2.500 Nederlanders, een dwarsdoorsnee van de Nederlandse bevolking, kregen 26 stellingen voorgeschoteld.

Senioren

De grootste dwalingen rond hypotheken blijken er te zijn over pensionering. Ruim twee derde van de respondenten denkt dat er voor senioren (65 jaar en ouder) strengere voorwaarden gelden bij het aanvragen van een hypotheek dan voor andere leeftijdsgroepen. Eveneens twee derde denkt dat hypotheekaanbieders bij personen vanaf 65 jaar rekening houden met de hoogte van het toekomstig pensioen dat iemand via een pensioenfonds of pensioenverzekeraar heeft opgebouwd (ouderdomspensioen).

Beide stellingen zijn niet waar. Geldverstrekkers hanteren geen leeftijdsafhankelijke voorwaarden in het nadeel van ouderen. En financiers houden al vanaf 10 jaar vóór ingangsdatum van de AOW-uitkering (dus bij 57 jaar en ouder) rekening met iemands pensioenvoorziening; er is zelfs een voorstel in de maak om dat op te trekken naar 15 of 20 jaar voor de AOW-leeftijd.

© PanelWizard

Ondernemers

Ook de pensioentoetsing van ondernemers is niet voor alle consumenten even helder. Dit blijkt uit de stelling ‘Hypotheekaanbieders houden bij ondernemers/zzp’ers rekening met de onderneming als pensioenvoorziening’. Hierop antwoordde 32% ten onrechte ‘waar’. Geldverstrekkers houden in de regel alleen rekening met pensioen dat is opgebouwd in loondienst en in de opgebouwde waarde van een lijfrente. De waarde van een onderneming wordt daar niet in betrokken.

Echtscheiding

De gevolgen van echtscheiding – al jarenlang de belangrijkste oorzaak voor gedwongen verkoop – zijn bij de meeste respondenten (ruim 57%) bekend. Hypotheekaanvragen in verband met echtscheiding behoren tot de meest complexe. Slechts een kleine 11% verkeerde in de veronderstelling dat dit een formaliteit betreft (‘als een stel gaat scheiden dan is het overzetten van de hypotheek op naam van één van beide partners slechts een administratieve wijziging’).

Toch heersen er ook misverstanden over echtscheiding en de hypotheek. Een hoge overwaarde bijvoorbeeld kan het uitkopen van de ex-partner juist lastig maken. Daarnaast kan over het algemeen slechts één van beide ex-partners de huidige lage hypotheekrente meenemen naar een nieuwe woning.

Aflossingsvrij

Aflossingsvrije hypotheken is een ander onderwerp waar misverstanden over bestaan. Hoewel het vanaf 2013 voor starters en voor bestaande woningeigenaren (in het geval van een verhoging) niet meer mogelijk is om de betaalde hypotheekrente fiscaal af te trekken bij het sluiten van een aflossingsvrij leningdeel, kan nog wel degelijk worden gekozen voor aflossingsvrij als aflosvorm, mits dat past op betaalbaarheid. Slechts 39% van de respondenten weet dit.

Einde renteaftrek

En ondanks dat vanaf 2031 voor de eerste groep huiseigenaren een einde komt aan de aftrek van hypotheekrente vanwege het verstrijken van de 30-jaars termijn, blijkt nog niet iedereen zich dat te realiseren. Slechts een kleine 34% weet het juiste antwoord op deze stelling.

Lees ook: Woonconsumenten gaan risico’s mijden

Afsluiten en beheer

Ook over het hypotheekadvies heersen misvattingen. Hoewel er sinds 2013 een provisieverbod van kracht is, is maar 22% van de respondenten daarvan op de hoogte. Een gevolg van het provisieverbod is dat voor aanpassingen en advies na het sluiten van de hypotheek advieskosten in rekening worden gebracht: 66% weet daarvan.

Andere misverstanden: ‘Hypotheekadviseurs kunnen na het sluiten van de hypotheek het verloop (zoals aflossingen) van de hypotheek volgen in hun systeem’. Een kleine 32% beoordeelt dit als waar, maar het klopt niet. De meeste aanbieders staan dit vanwege de privacywetgeving niet toe.

En van de stelling: ‘Hypotheekadviseurs via de eigen bank vergelijken altijd alle hypotheekaanbieders in de markt’ denkt ruim 28% dit die waar is (alleen de eigen bank wordt betrokken). Ten slotte heeft de gemiddelde hypotheekaanvrager weinig benul van de tijd die in een hypotheekadvies gaat zitten: 26% denkt dat het ongeveer 8 uur werk is, maar in werkelijkheid is er zeker 15 tot 20 uur nodig, afhankelijk van de adviessituatie.

Werk aan de winkel

Voor een goede werking van de woningmarkt en een goede financiële gezondheid is het van belang dat consumenten de juiste beslissingen en afwegingen maken, benadrukken de onderzoekers. Informatie en voorlichting, en aandacht voor knelpunten zijn hierbij belangrijk. Er is op dit gebied nog wel wat werk aan de winkel, blijkt uit de resultaten.

Maar liefst 14 van de in totaal 26 stellingen in het onderzoek zijn door meer dan de helft van de respondenten verkeerd beantwoord. Uitsplitsing van de respondenten naar variabelen als leeftijd, opleidingsniveau en gezinssituatie laat geen grote onderlinge verschillen zien.

  Bron: https://vastgoedactueel.nl/nederlander-weet-weinig-over-finesses-van-hypotheken/